Feyenoord is nog niet de voetbal-pressing-machine die Robin van Persie voor ogen heeft, maar toch strijdt de club met PSV om directe plaatsing voor de Champions League. Met dank aan de twee verschilmakers, Igor Paixão en Anis Hadj Moussa.
Er hebben weleens trainers vrolijker achter een tafel gezeten na een ruime overwinning, dan Robin van Persie na de 4-1 zege op FC Groningen. Natuurlijk strooide de oud-topspeler met complimentjes en was hij tevreden over het resultaat, maar… De Uitvoering.
Net zoals een paar dagen eerder, tegen Go Ahead Eagles (3-2), was Feyenoord ook in het duel met FC Groningen niet de dominante ploeg geweest. Sterker: het elftal van trainer Dick Lukkien had vaak de bal en speelde zich zeker na rust vrij gemakkelijk onder de druk uit. Halverwege de tweede helft gaven de statistieken 77 procent balbezit voor FC Groningen aan. ‘Maar ja’, verzuchtte Lukkien na afloop, ‘dan moeten we wel meer kansen creëren, terwijl Feyenoord de individuele kwaliteiten heeft om dan toch zo’n wedstrijd te beslissen.’
Lukkien bedoelde te zeggen dat Igor Paixão en Anis Hadj Moussa bij Feyenoord het verschil maken. Paixão maakte er twee tegen Groningen, Hadj Moussa een. Tegen Go Ahead Eagles waren de rollen omgedraaid: tweemaal de Algerijn, een keer de Braziliaan. Voor een elftal dat zoekende is naar vorm in balbezit, zijn zulke verschilmakers goud waard. Het mantra van Arne Slot was bij Feyenoord altijd al dat de kwaliteit van de buitenspelers voor een groot deel het succes van een elftal bepaalt. Wie de één-tegen-één kan domineren, heeft de meeste kans op de overwinning. Bij Feyenoord domineren Igor Paixão en Anis Hadj Moussa.
